Gjógv: betoverend afgelegen dorpje op de Faeröer eilanden
Volgens locals behoort Gjógv tot de mooiste dorpen van de Faeröer eilanden. En bijna iedereen die de eilandengroep heeft bezocht lijkt het hier mee eens te zijn. Vanaf de hoofdstad Tórshavn is het maar 50 minuten rijden naar Gjógv. Toch voelt het alsof het dorp veel verder van de bewoonde wereld af ligt.
- Langs Funningsfjørður op weg naar Gjógv
- Gjáarskarð bergpas tussen Funningur en Gjógv
- Aankomst in Gjógv
- Gjógv, vernoemd naar rotskloof
- De natuurlijke haven van Gjógv
- Bezienswaardigheden in Gjógv
- Dorpskerk van Gjógv, Gjáarkirkja
- Minnisvarðin í Gjógv
- Mary’s Bænk
- Wandeling naar Ambadalur Valley
- Drink koffie en eet wafels bij Gjáarkaffi
- Slenter door de straatjes van Gjógv
- Overnachten in Gjógv
- Met de boot of vliegen naar de Faeröer eilanden?
- Faeröer eilanden combineren met IJsland
- Georganiseerd naar de Faeröer eilanden
Langs Funningsfjørður op weg naar Gjógv
Op weg naar het afgelegen Gjógv, dat bekend staat om zijn natuurlijke haven, waan je je bijna alleen op de wereld. Alleen op de wereld mét schapen, dat dan wel. Want die kom je overal tegen op de Faeröer! Je rijdt kilometers langs het prachtige Funningsfjørður zonder ook maar iets tegen te komen. Als het fjord uitmondt in (bijna) open zee heb je rechts zicht op het indrukwekkende Kalsoy, met zijn kliffen die kaarsrecht uit de zee omhoog schieten. Het enige dorpje dat je hierna tegenkomt is het schattige Funningur. Ook zo’n plek waarvan je zegt, mooier kan een dorpje niet liggen. Ga zeker even kijken bij de kerk van Funningur, die een plekje verdient op de lijst met mooiste kerken van de Faeröer eilanden.
Gjáarskarð bergpas tussen Funningur en Gjógv
Na Funningur wacht Gjáarskarð, de bergpas over de bergkam tussen de Slættaratindur en Middagsfjall. Op het hoogste punt van Gjáarskarð ligt het uitkijkpunt Hvíthamar. Je kunt hier de auto parkeren en een korte wandeling brengt je naar het uitkijkpunt. Je hebt vanaf deze plek een prachtig zicht op Funningsfjørður, Kalsoy en alle omliggende bergtoppen. Met helder weer zie je ook de top van Slættaratindur, met een hoogte van 880 meter (boven zeeniveau) de hoogste berg van de Faeröer eilanden.
Aankomst in Gjógv
De toegangsweg naar Gjógv is smal, maar goed begaanbaar. En wat is het hier mooi! Eenmaal de bergpas over wordt de vallei breder en breder. In de verte zie je Gjógv liggen, met Kalsoy als decor op de achtergrond. De auto kun je parkeren op de parkeerplaats aan de rand van het dorp. Vervolgens is het een kwestie van het dorp te voet verkennen.
Gjógv, vernoemd naar rotskloof
Gjógv heeft zijn naam te danken aan de aanwezige kloof; vrij vertaald betekent Gjógv ”kloof”. De 200 meter lange rotskloof wordt al eeuwenlang als natuurlijke haven gebruikt. In de geschiedenisboeken wordt Gjógv voor het eerst genoemd in 1584, maar men gaat er vanuit dat het daarvoor al lang bestond. Vroeger leefden de inwoners van Gjógv van visvangst en van de verkoop van gedroogde en gezouten vis. In de hoogtijdagen van Gjógv waren er 13 vissersboten in gebruik.
In 1982 werd er in het dorp een fabriek geplaatst die prefab betonelementen produceert. Aangezien er maar 6 mensen werkzaam zijn in deze fabriek, er niet veel meer wordt gevist en niet alle inwoners op de plaatselijke camping of in het hostel kunnen werken loopt het inwonersaantal van Gjógv sterk terug. In de jaren ’50 woonden er ruim 200 mensen in het dorp, nu zijn dat er nog 50.
De natuurlijke haven van Gjógv
De meest bekende bezienswaardigheid in Gjógv is de natuurlijke haven. De kloof doet bijna sprookjesachtig aan bij mooi weer, maar heeft misschien ook wel een duister tintje met bepaalde weersomstandigheden. Het is in ieder geval een plaatje, met de omringende, begroeide rotswanden en het eiland Kalsoy in de verte.
In deze kleine haven vind je de enige werkende spoorlijn op de Faeröer eilanden. De rails werd aangelegd in een tijd dat de aanvoer van goederen via de weg nog niet mogelijk of in ieder geval erg lastig was. Vracht werd van de boten gelost en in kleine, smalle goederenwagons met een lier naar boven getrokken. Ook vissersboten werden omhoog getrokken, om veilig op te bergen in een van de boothuizen bovenaan de kloof.
Bezienswaardigheden in Gjógv
Zoals je al hebt kunnen lezen is de natuurlijke haven de grootste bezienswaardigheid in Gjógv, maar er is nog meer te zien en te doen. Hieronder de hoogtepunten van het afgelegen plaatsje op Eysturoy.
Dorpskerk van Gjógv, Gjáarkirkja
De dorpskerk van Gjógv, Gjáarkirkja, werd gebouwd in 1929. Het was de eerste plaatselijke dorpskerk van Gjógv. Vóór de bouw van Gjáarkirkja gingen inwoners van Gjógv te voet naar Funningur voor het bijwonen van diensten. Tot 1919 werden zelfs de inwoners van Gjógv ook in Funningur begraven. Met rustig weer kon een overleden persoon via zee naar zijn laatste rustplaats gebracht worden. Het kwam echter vaak voor dat een boottocht niet mogelijk was. Dan werd de kist over het pad Mannagøtan naar Funningur gedragen, een tocht die maar liefst 1,5 uur duurde. Halverwege, op het hoogste punt van de bergpas, was een steen met de naam Líksteinur. Hier plaatsten de dragers de kist op de steen om even uit te rusten. In 1919 kreeg Gjógv een eigen begraafplaats en 10 jaar later dus een eigen kerk. Wat zullen de mensen in die tijd blij geweest zijn met de komst van de kerk!
Lees ook: 6 van de mooiste kerken van de Faeröer eilanden
Minnisvarðin í Gjógv
Dichtbij de kerk, aan de overkant van de weg, staat het standbeeld Minnisvarðin í Gjógv middenin een klein parkje. Het is een beeld van een moeder met twee kinderen, kijkend naar de zee. Achter het beeld vind je een gedenkplaat met alle namen van omgekomen vissers, terug tot in de 19e eeuw. Het beeld is gemaakt door kunstenaar Fridtjof Joensen ter nagedachtenis aan alle (voornamelijk) mannen die zijn omgekomen op zee.
Mary’s Bænk
Sinds 2015 staat er rechts naast de kloof op het uitkijkpunt een bankje met de naam Mary’s Bænk. Het bankje kreeg de naam van de Deense kroonprinses, nadat zij samen met haar man kroonprins Frederik op bezoek kwam in Gjógv. Neem even plaats op het bankje en geniet van het indrukwekkende zicht op Kalsoy.
Wandeling naar Ambadalur Valley
Loop je links van de haven omhoog en volg je het pad, dan kom je na een uurtje uit in Ambadalur Valley. Hier kun je verschillende zeevogels bekijken op de hoogste sea stack van de Faeröer eilanden: Búgvin. Deze rots is 188 meter hoog en in de zomermaanden ook erg geliefd bij puffins. Vanaf hier kijk je met helder weer ook mooi uit op Risin og Kellingin, de sea stacks vlakbij Eiði.
Drink koffie en eet wafels bij Gjáarkaffi
Een fijn plekje om alle indrukken van het mooie Gjógv even op je in te laten werken is Gjáarkaffi. Je vindt dit kleine koffietentje bovenaan de helling van de haven, aan het uiteinde van de rotskloof. Er zijn geen zitplaatsen binnen; wél is er een klein buitenterras met picknicktafels. Vanaf deze plek heb je mooi zicht op de haven én op een deel van het dorp.
Slenter door de straatjes van Gjógv
Heel groot is het niet en je zult misschien snel klaar zijn, maar het is wel de moeite waard om even door de straatjes van Gjógv te struinen. In het dorp vind je een schoolgebouw uit 1884 en een oude danszaal die in 1986 gerenoveerd werd en nu dienst doet als gemeenschapscentrum. Doordat veel mensen (vooral jongeren) wegtrekken uit het dorp is er momenteel best wat leegstand, maar alles wordt netjes gehouden. Volg ook het kleine riviertje stroomopwaarts. Met een beetje geluk zie je kinderen spelen met bootjes in één van de vijvertjes, té leuk. Daarnaast is een wandeling langs de kust overal een goed idee, waar je ook bent. En van de uitzichten hier krijg je gewoon nooit genoeg.
Overnachten in Gjógv
Veel overnachtingsmogelijkheden in Gjógv zelf zijn er niet, maar dat is misschien ook niet nodig omdat de plekjes die er wél zijn, echt fantastisch zijn. Want zeg nou zelf, dit huisje met 3 slaapkamers (zie foto hieronder) is toch super gaaf! Daar wil je ’s morgens wakker worden, met dit uitzicht.. Gjaargardur Guesthouse Gjógv is ook een mooie plek om te overnachten. Bij het guesthouse is een restaurant, waar je ook als niet overnachtende gast kunt genieten van een lekkere maaltijd.
Check prijzen en beschikbaarheid van accommodaties in Gjógv
Met de boot of vliegen naar de Faeröer eilanden?
Wil je met het vliegtuig naar de Faeröer eilanden? Dan kun je vliegen vanaf Amsterdam of Brussel. Je maakt een overstap in Kopenhagen of in Billund. De prijzen en mogelijkheden van vliegtickets kun je hier vergelijken. Liever met de boot naar de Faeröer eilanden? Dat is mogelijk met eigen auto of zonder eigen auto. Met eigen auto rij je naar Hirtshals in Denemarken, waar de boot vertrekt naar Tórshavn. Vervolgens kun je met eigen auto de Faeröer eilanden ontdekken. Liever de eilandengroep ontdekken met een huurauto? Dan is vliegen naar Aalborg het makkelijkst. Tussen Aalborg en Hirtshals is een goede treinverbinding, binnen een uurtje kom je aan in Hirtshals. De bootreis neemt ongeveer 36 uur in beslag. Je slaapt twee nachten op de boot en komt vroeg in de ochtend aan in Tórshavn, de hoofdstad van de Faeröer eilanden.
Faeröer eilanden combineren met IJsland
Een andere manier is IJsland en de Faeröer eilanden combineren. De boot vaart na een stop op de eilandengroep door naar IJsland. Je zou dus een paar dagen op de Faeröer door kunnen brengen en daarna door kunnen varen naar Seyðisfjörður aan de oostkust van IJsland. Hier kun je weer een auto huren en via de noordkust of via de zuidkust rijden naar Reykjavik. Vanaf hier vlieg je weer terug naar Amsterdam. Andersom kan natuurlijk ook. Vliegen naar Reykjavik, met de auto naar Seyðisfjörður, daar de boot pakken naar de Faeröer eilanden. Vervolgens de archipel ontdekken en met de boot weer terug naar het vasteland, óf met het vliegtuig. Er zijn vele wegen die naar Tórshavn leiden zullen we maar zeggen :-)
Georganiseerd naar de Faeröer eilanden
Georganiseerde reis naar de Faeröer eilanden? Voigt Travel heeft een mooie 11-daagse reis met eigen auto naar de Faeröer eilanden. De reis is inclusief ferry overtocht vanuit Hirtshals in Denemarken én inclusief accommodaties op verschillende eilanden. BBI Travel biedt diverse rondreizen aan met huurauto. Met het vliegtuig vlieg je naar de Faeröer eilanden, je haalt de huurauto op en begint aan je reis. De plekjes waar je overnacht staan al voor je vast. Handig toch?
